Girls4Girls, Meisjes verzetten bergen!
Dagboek van Aude Diepenhorst, Mont Blanc Ladies Expedition september 2009
De Girls4Girls expeditie is een actie van tien jonge vrouwen in het kader van de ‘Because I am a Girl’ campagne van Plan Nederland. Het team bestaat uit Aude Diepenhorst, Elliz Heemskerk, Leonie Meine Jansen, Mirjam Janssen, Frederieke Kolkman, Miriam Rapon, Linda Schreefel, Irma van de Pol, Elke Verhoeks en Jeanette Vlietman. Via de actiesite van de kinderrechtenorganisatie (http://acties.plannederland.nl) genereert het team aandacht en financiële steun voor een project in Mali waarbij Plan streeft naar het stoppen van meisjesbesnijdenis. Het team heeft een symbolisch gebaar gemaakt door de hoogste berg van Europa te beklimmen en zo veel mogelijk betrokkenen even stil te laten staan bij de dagelijkse uitdagingen die meisjes wereldwijd het hoofd bieden. Helpt u hen het streefbedrag van 10.000 euro te halen? De teller staat al op 6.454 euro dus klik snel op bovenstaande link en help het team in ieder geval naar de financiële top.
De expeditie is begeleid door NaarNieuweHoogte expeditiereizen. Gerald van den Esschert en Philip de Roo hebben de voorbereiding gefaciliteerd en Wilco van Rooijen heeft het team ter plaatse begeleid. Girls4Girls is daarnaast mede mogelijk gemaakt door Flyers Online, Peak Performance, Cristal Clear, Dachstein, InContext, Aska en AVM Producties.
10 september
Het is 21:00 en ik schrijf deze eerste regels van mijn dagboek met een lampje op mijn hoofd. We liggen in stapelbedden in een kleine houten kamer in een gite die gerund wordt door Engelse dames. Populair bij bergbeklimmers en mannen met een passie voor bier en voetbal. Ik vraag me af hoeveel andere mensen voor mij in dit bed hebben gelegen. Droomden zij ook van witte toppen? En dan de reis hiernaartoe. Zeven dames, zeven backpacks, tassen vol energy bars en chocola, foute muziek en uiteenlopende verwachtingen, allemaal in een witte bus beplakt met roze Plan Nederland en expeditielogo’s. Bij het passeren van de eerste bergen klinkt een luid gejoel. Na maanden van voorbereiding kunnen we eindelijk los! En we gaan er om zo veel redenen een laaiend succes van maken! Slechts twee van ons hebben eerder een echte berg beklommen en juist die nieuwigheid maakt het extra spannend. Ik vraag me wel af of het hardlopen, wandelen, inlezen, pasta eten, de eindeloze bezoekjes aan outdoor winkels en team meetings voldoende zullen zijn om straks op die top te staan. Maar gelukkig ben ik niet de enige met dit soort twijfels en we slepen elkaar er gewoon doorheen. Elliz en Miriam R zijn eerder in Chamonix aangekomen en hebben de extra dagen shoppend doorgebracht. Nu Elke nog en dan zijn we compleet.
11 september
Ik wordt wakker als Mirjam J door het raam de Mont Blanc ontdekt. Op het balkon neem ik in de ochtendzon de eerste foto van de top. Dit is hem! Terwijl Linda en Mirjam J naar Geneve rijden om Elke op te halen, ontbijt ik met de anderen in de bar van de gite waar het stokbroodje met jam smaakt zoals dat alleen in Frankrijk kan. Het weer is super en we ontdoen onze gruwelijke afritsbroeken van onderbenen. En dan staan we op het pad naar Col de Brevent. Mijn bergschoenen, rugzak en … tja eigenlijk alles dat ik aan heb is splinternieuw. Er is een wereld voor me open gegaan; gamashen, petzl, soft shell, pikkel, merino ondergoed – ik had er allemaal nog nooit van gehoord. Laat staan dat ik weet hoe je het efficiënt gebruikt. Wilco van Rooijen, onze coach deze week, kan zijn borst natmaken. Het uitzicht is waanzinnig en aan team spirit is geen gebrek. We dartelen over het pad, spotten marmotten en een bok tussen de rotsen en plukken bosbessen. Goed tegen de rimpels en vast ook tegen eventuele hoogteziekte. Beter voorkomen dan genezen. Terug in Chamonix duiken we de winkelstraat in. Ongelooflijk hoe hebberig je wordt van de jassen, broeken en andere spullen die merken als Peak Performance, SOS en Patagonia aanbieden. Maar ik hou me in en koop alleen twee extra shirts. De mannen die voor ons met Wilco op de top stonden, vertelden dat ze hadden gehuild van de kou. Ik heb al dooie vingers als ik in de winter door Amsterdam fiets en dit waren flinke mannen! Hongerig door alle indrukken eet ik die avond drie chocolade mousses. Reserve voor tijdens de klim. Een heerlijk excuus dat ik al weken aan misbruik.
12 september
Vandaag klimmen we naar de Albert 1 hut op 2.700 meter om een eerste tocht op hoogte te maken. Alleen het hoognodige gaat mee; doucheschuim, scheermes en pyjama blijven in de gite. Ik ben nog nooit in een berghut geweest, maar er is me op het hart gedrukt dat je dat soort dingen daar niet nodig hebt. De vier uur durende route loopt eerst tussen de bomen en kronkelt dan door de rotsen. Ik ben opgelucht want mijn schoenen zitten lekker en de benen werken mee. Zelfs als het begint te regenen en de bliksem door de lucht flitst geniet ik met volle teugen. De shock komt als ik voet zet in de hut. Stinkende wc’s, een kleine bedompte eetzaal, heel veel grote mannen en een slaapzaal zonder elektriciteit en frisse lucht. Ondanks de waarschuwingen heb ik toch een iets andere voorstelling van een berghut gemaakt. Een knisperende openhaard en banken om op bij te komen ontbrak daarin niet. Het neemt me even om te wennen aan de realiteit. Maar de plastic sloffen waar we als in een inrichting op rondsloffen zijn eigenlijk hilarisch en de langharige kok zet met flair veelbelovende schalen op tafel. De groentesoep met kaas is goddelijk en het draadjesvlees smelt op de tong; toch een prestatie in zo’m schuur. En als Olivier met een gitaar op een kruk een staaltje engelse chansons weggeeft, valt alles op zijn plek. We zingen luidkeels mee en Olivier speelt totdat de snaren van zijn gitaar springen.
13 september
Wat een nacht. Geen oog dichtgedaan door het gesnurk en gehoest van iedereen. En dan de wc perikelen. Om buiten op een paar honderd meter afstand naar de wc te gaan moest je in het donker een glibberig rotspad trotseren. Niet een aantrekkelijk idee als je net aan het opwarmen bent onder drie kriebelige paardendekens. Nogmaals dank Jeanette, voor het bedenken van een uitstekend alternatief. Ik heb maar zelden met zo’n mooi uitzicht op een enorme gletsjer en onder een fonkelende sterrenhemel op een balkon een plasje gedaan!
Ontbijt bestaat uit warme chocolademelk en stokbrood en daarna op naar de gletsjer om te oefenen met de stijgijzers, pikkel en het lopen aan een touw. Ik ben stil en moe en moet best mijn best doen om er in te komen. Maar Wilco is te gek. Hij legt uit hoe alles werkt en in no time klauteren we met een gordel om en ijzers onder de schoenen steile hellingen op en af, leren we hoe je aan elkaar vast loopt zonder op het touw te staan en wat je moet doen als je valt en uitglijdt. Hoe cool. Toch breekt het zweet me uit als we over spleten springen en ijzige hellingen traverseren. Geen dagelijkse kost! De tocht terug naar het dal is zwaarder dan naar boven. Mijn tenen vinden er niks aan. Terug in Chamonix nemen we de planning voor de komende dagen door. Morgen gaan we de Mont Blanc op!
Vastbesloten om die nacht goed te slapen duik ik lekker vroeg in bed. Oordopjes in en … dan staat de kamer vol met jonge mannen. Guliano, Emanuel, Stefano, Mario en Vicenzo; “your guides to the Monte Bianco!”. We vinden het erg goed nieuws.
14 september
Niet te geloven hoeveel adrenaline er door me heen gaat. Ik moet me echt inhouden om niet te stuiteren. Een klein zonnetje houdt ons gezelschap op een rotsig en steil pad. De gidsen bepalen het tempo en van dartelen is geen sprake meer. We nemen “small steps” en gaan vooral heel “slow”. Stefano moet ons er vaak aan herinneren en ik denk dat ik hem in mijn slaap die nacht nog steeds heb horen bulderen. Ik hou me in maar ben toch blij als ik als een van de eerste boven bij de gletsjer en de Tete Rousse aankom. En niet moe, denk ik opgelucht.
Het uitzicht is verbluffend. We zijn boven de wolken en de toppen van bergen die ik vanaf het balkon van de gite bewonderde zijn nu op ooghoogte. Voldaan schuif ik aan een tafel in de eetzaal waar we aanvallen op stokbrood en thee. Om iets later alweer buiten te staan. De gidsen hebben een parcours uitgezet waarbij we met de stijgijzers over rotswanden moeten klimmen en gletsjer hellingen op en af moeten lopen. Grappig hoe ze charme en professionaliteit combineren. We zijn geen van allen ongevoelig voor hun mooie ogen en gebrekkige engels en we doen uiteraard enorm ons best! Ik kan niet achterhalen ze onder de indruk zijn van onze gletsjer vaardigheden of dat ze zich juist afvragen hoe ze ons in godsnaam de berg op krijgen. Maar het maakt allemaal niet meer uit – de flessen wijn komen op tafel en samen een rits andere bergbeklimmers duiken we op de bekende groentesoep met kaas, vlees en rijst en … chocolade mousse. Yes!
Toch is het ook een trieste dag. Jeanette heeft na de klim vanochtend besloten dat het voor haar basta is. De hoogte en de inspanning is haar net iets te veel. Wel confronterend om haar huilend in bed te zien liggen. Het kan ons allemaal overkomen en ik snap haar teleurstelling en frustratie. Elke meter omhoog op deze hoogte is een prestatie en ze kan trots zijn op zichzelf. Maar toch … het is natuurlijk klote.
15 september
Zorgen om Jeanette, maag- en hoofdpijn en de eindeloze ritjes naar een ultiem ranzige wc hebben me vannacht wakker gehouden. Ik baal als een stekker. Slapen is belangrijk en dat is nou juist iets wat me al nachten niet lukt. Ik krijg ook geen hap door mijn keel terwijl we straks naar de Gouter hut op 3.817 meter klimmen. Je kan hem van hier zien liggen, balancerend op de grens tussen rots en sneeuw. Grillig en van een pad lijkt geen sprake. In Amsterdam was ik waarschijnlijk mijn bed niet uitgekomen als ik me zo had gevoeld. Maar ik ben niet de enige die zich zo voelt en hoe kinderachtig dat ook is, dat helpt. Met thee in de thermos en een energy bar in mijn zak hijs ik me in het harnas. Met Leonie en Emanuel in een touwgroepje zitten voelt goed en stelt me gerust. Ik heb het gevoel dat we elkaar goed aanvoelen. Als eerste vertrekken we naar de Gouter graad die nog woester is dan ik dacht. Van tijd en omgeving heb ik al snel geen besef meer en ik concentreer me op elke volgende stap. Beheerst klimmen doe ik al lang niet meer. Ik ploeter met handen, voeten en knieën omhoog. Toch komt opgeven of zelfs even stoppen niet in me op. Leonie’s aanmoedigingen en Emanuel’s “goood” en “my very compliments” slepen me er doorheen.
Boven aangekomen is een ander het verhaal. Ik kan niks meer! Als een zombie sleep ik mezelf de hut in waar ik een uur lang bijna niks kan zeggen. Tegen heug en meug eten helpt en langzaam kom ik weer tot leven. Om vervolgens in tranen uit te barsten. Ik heb geen idee waarom maar ik hoef alleen maar te denken aan lieve mensen thuis en daar ga ik. Bizar en ietwat scary.
En dan komt er bericht van het weerstation dat de conditie op de top verslechtert. Er druppelen zelfs mensen de hut binnen die zijn omgedraaid. In een roes zie ik dat de gidsen de opties bespreken en Mirjam J belt met Wilco die samen met Jeanette weer naar Chamonix is teruggekeerd. Hij is het met de gidsen eens dat zo snel mogelijk te vertrekken onze beste kans is. Dat komt hard aan. Ik ben net weer in staat om te lachen en dan nu al door? Wetende dat het van de Gouter hut zo’n vijf tot acht uur lopen is naar de top en dan minimaal hetzelfde weer terug, probeer ik wat risotto te eten en drink ik zoveel mogelijk water. De gidsen laten de uiteindelijke keuze aan ons over; nu gaan en proberen de top te behalen voordat het te hard stormt en dan terug om te slapen in de hut of vannacht vertrekken en hopen dat het weer tegen beter weten in mee zit. We stemmen en op Elliz na zegt iedereen go. Elliz is op en denkt niet genoeg kracht te hebben om het te halen. Maar achterblijven? No way!
Iedereen zet de knop om en even later staan we alle negen buiten in de sneeuw en wind. Ingepakt als mummies. We lopen in dezelfde touwgroepjes als vanochtend en de eerste twintig minuten is het nog genieten. Deze woeste witte wereld is verbluffend en Leonie en ik brullen over de wind naar elkaar hoe gaaf we het vinden. Spannend en onwerkelijk! Totdat het serieuze klimwerk begint. We moeten nog 1.000 meter stijgen en door de hevige sneeuwval zak ik bij bijna elke stap weg. Het is super zwaar. Mijn onbedekte neus is binnen de kortste keren gevoelloos van de kou en de gure sneeuwwind. Als we een groepje mensen onze kant op zien komen, bekruipt me een onbestemd gevoel. Aan Emanuel verteld de gids dat ze zijn omgedraaid omdat er verder omhoog windsnelheden zijn van 90 km per uur. De opluchting is groot als Emanuel gebogen over zijn GPS toch verder loopt. Twee keer wordt ik bijna door de wind omver geblazen en ik zet alles op alles om overeind te blijven staan en door te klimmen. Alles is wit, de overgang van besneeuwde berg naar lucht is niet meer te zien en elk herkenningsteken dat er eventueel zou zijn is verdwenen. En dan staan we stil. De gidsen willen niet verder. Ze kunnen onze veiligheid op de route boven onze 4.300 meter niet meer garanderen dus het is “basta cosi”. Van binnen voel ik me even onstuimig als de hele situatie waar we inzitten. Ongeloof overheerst. We zijn zo dichtbij! Dit is onze toppoging en omdraaien is gewoon geen optie! Hoe ongelooflijk die windvlagen ook zijn, we can do it! De mannen zijn echter onvermurwbaar. Onze “no basta” helpt niet. Er is niks aan te doen. We moeten terug.
In de hut worden we warm onthaald. Guliano dringt er op aan dat we trots op onszelf moeten zijn en dat we het met zulk weer verder hebben gebracht dan anders teams. Volgens hem zijn alle gidsen onder de indruk van onze teamspirit en wilskracht. Het helpt een beetje. Maar ik weet zeker dat ik niet de enige ben die denkt aan het topgevoel dat aan ons voorbij gaat. Ik had vriendinnen beloofd een dansje te doen op de top, ik had willen denken aan de meisjes in Mali, ik had gave foto’s willen maken voor sponsors en donateurs aan het project en ik had me even ‘on top of the world’ willen voelen. Dat zit er nu niet in. Gelukkig wint de moeheid van de teleurstelling en de Fransozen in de keuken draaien wederom iets briljants voor ons in elkaar. De groentensoep met kaas is inmiddels een favoriet. In een berghut ga je naar bed als donker is. Maar vanavond niet. We nemen toevlucht in de warme keuken en David, Frank en Claude schenken ons glazen pastis in. Niet lang daarna danst Linda op de tafel. Het is een achtbaan aan emoties en gebeurtenissen op een plek die ik nooit meer vergeet.
16 september
Ontbijt is een koude pannenkoek met jam. Ik ben misselijk en heb hoofdpijn van de hoogte en zie verschrikkelijk op tegen de terugweg. Voor mijn gevoel is hier nog unfinished business. Maar de weersvoorspelling is niet beter geworden en voor hoogteziekte is maar één remedie … afdalen. In omgekeerde volgorde klauter ik voorop met daarachter Leonie en Emanuel terug naar de Tete Rousse. Door de sneeuw is de graad nog moeilijker dan op de heenweg. Ik maak een paar flinke schuivers en bedenk me dat het toch echt wel bizar is wat ik hier aan het doen ben. Het lijkt op niks dat ik eerder heb gedaan en het vergt meer inspanning en concentratie dan ik ooit heb geleverd. En toch doen we het! Einde middag bereiken we Chamonix. Een andere wereld waar Wilco en Jeanette ons opwachten met bubbels en felicitaties. Ze zijn trots op ons en dat voelt goed, maar ik ben blij dat Wilco niet over onze teleurstelling heen praat. Gelukkig doen de bubbels hun werk en ontstaat er iets van een feestelijke moment. Terug in de gite springen we om de beurt onder de douche. Tien meisjes ondergaan een complete makeover. Swingen doen we vanavond maar eens niet in thermo ondergoed en op sloffen! De gestrande toppoging komt gelukkig nauwelijks ter sprake en het blijft die avond nog lang onrustig in Chamonix.
17 september
In wankele toestand slaan we lekkere dingen in bij de supermarkt voordat we de bus richting Nederland rijden. Ik neem afscheid van de bergen en vraag me af wanneer ik een tweede kans krijg. Het contrast tussen het gevoel van vrijheid in de bergen en mijn leven in Amsterdam lijkt ineens verschrikkelijk groot. Ik snap nu ook waarom iemand als Stefano ervoor kiest om berggids te worden en daar een familieleven voor op te geven. De frisse lucht, de uitzichten en vooral die vrijheid – het voelt als iets heel waardevols dat ik niet wil laten gaan. Mirjam rijdt hard door. De stemming in de bus is anders dan op de heenweg, maar over een ding zijn we het allemaal eens. De Girls4Girls expeditie is uniek geweest en ook een succes. Top of geen top. We hebben veel meegemaakt, grenzen verlegd, vrienden gemaakt en vooral ook veel gelachen. De plannen voor een volgend avontuur zullen niet lang op zich laten wachten. Dit smaakt naar meer!
