Dag 31 – naar C4

Het is ijskoud geweest maar hebben de nacht weer overleefd. Spannend en nieuwsgierig want de weg naar kamp 4 kennen we nog niet. Ze zeggen de minst lange en technische weg op de berg. Nou dat blijkt een understatement te zijn. Je denk bij zo’n omschrijving een paar bultjes over en je bent er. En dan heb je uitzicht op het diagonale couloir schuin omhoog wat het begin van de route op de topdag betreft. Maar vergeet het maar. Na een paar steile seracs over te zijn geklommen volgen er nog een paar zeer lange sneeuwhellingen en uiteindelijk kom je op het grote plateau zoals ze het noemen. Maar verwacht geen vlak plateau. Het is enorm groot met heel veel hoogteverschillen vol met enorme gletsjerspleten en helemaal naar achteren richting de berg omhoog moet ergens kamp 4 dan eindelijk liggen. Maar inmiddels is het weer mistig en sneeuwt het licht. Er staat ook een licht ijskoud windje en met mijn lange ondergoed zonder overbroek hou ik het nog maar net uit. Mijn Gore-tex overbroek heb ik achtergelaten in kamp 3. En om mijn donspak aan te trekken heb ik geen puf. Dan moeten de stijgijzers en schoenen uit en in lichte sneeuwval is dat geen pretje. Het uitzicht is met de berg in de rug ongekend. Inmiddels bevinden we ons boven de Kabru bergen I, ll, lll en lV. Rond de 7400m. Het lijkt de maan wel. Zo hoog en alles bevindt zich zo uitgestrekt zo ver voor je. Alleen in de rug staat een bergketen van 4 achtduizenders genaamd Kanchenjunga Central, South, East en Main die boven de 8400m uittorenen. Als de klim vervolg zie ik eindelijk de top van een geel tentje. Eindelijk denk ik, kamp 4. Als ik even later kamp 4 binnen kom zie ik een drukte van jewelste. Er staan slechts enkele tentjes en er moeten er nog bij worden gezet. Ik zoek de tent van Marco op aangezien de kleine bivaktent van Cas en mij bij Cas in de rugzak zit. Bovendien sneeuwt het en wacht ik liever tot het hopelijk ophoud met sneeuwen en we rustig een plateau kunnen graven voor ons mini tentje van 2 kg. Als ik de ruimte tent van Marco inkruip ligt daar de Mongoolse klimster uitgeteld aan de zuurstof als een stijve pop. Marco controleert om de 10 minuten haar zuurstofsaturatie en of de zuurstofflow op 1.5 liter per minuut blijft. Gelukkig komt Cas niet veel later en kunnen we beginnen aan het opzetten van ons eigen tentje. We zijn blij dat we er zijn en van het idee om ons bivakkampje 4 verderop in het couloir te zetten komt niks terecht. We wilde hiermee de topdag inkorten die met 1000 hoogtemeters aan de extreem hoge kant is zeker als je zonder extra zuurstof klimt.
We zetten zo goed enzo kwaad als het kan ons kampje op en installeren ons. Is het 2 stoks tentje van Black Diamond al super klein voor 2 van die lange Nederlanders kun je je nauwelijks voorstellen wat het is om er ook nog met 2 donspakken full equipt in te moeten kruipen. Rugzakken en schoenen moeten buiten blijven. Als we sneeuw willen smelten moeten we ons allebij zo klein mogelijk maken en gaat het net. Gelukkig heeft Cas veel geduld als het om genoeg water maken gaat. We drinken weer soep, eten noedels, drinken nog een chocolademelk en vullen onze flessen voor de toppoging. Volgens plan zullen we al om 20.00u vertrekken. Dat betekend maar een paar uur rust. Gelukkig is het weer rustig. Wel ijskoud uiteraard.